De coronacrisis stelt fashion ondernemers enorm op de proef. Retailers worden uitgedaagd om anders te in- en verkopen en leveren in op hun winst. In het tweede artikel in deze reeks praat retailorganisatie Euretco ons bij over de laatste stand van zaken. Hoe staan we er voor? Wat is de tendens? We vatten het samen.
Verschuiving van de seizoenspatronen en flexibele inkooppakketten
Met het afsluiten van het zomerseizoen, dat ruim een maand langer doorliep, diende zich een nieuwe uitdaging aan voor fashion retailers. Het nieuwe verkoopseizoen, midden oktober, was nog maar net van start toen die gevreesde tweede golf zich meldde. Maar: deze keer waren de retailers beter voorbereid. Net als tijdens de eerste coronaperiode (in maart) is het belangrijk dat retailers opnieuw inzetten op creativiteit en flexibiliteit. Er moet opnieuw worden nagedacht hoe de consument naar de (online)winkel te trekken. De samenwerkingsvormen worden ook onder een vergrootglas gelegd. Zowel aan de kant van de modemerken als aan de kant van de winkels wordt er veel inkoopflexibiliteit gevraagd. Retailers hebben geleerd van de eerste golf en werken met partners waar gespreid geleverd kan worden of waarbij de inkooppakketten flexibel zijn (en zelfs gecanceld kunnen worden), wat zorgt voor gespreide liquiditeitsdruk. Dit zorgt er ook voor dat de seizoenspatronen, die voorheen heilig waren, minder vanzelfsprekend zijn. Daarover later meer.
Tweede golf en modeverkopen nu
Hoe zagen de omzetten er in de eerste golf dan uit? Volgens Euretco bleef de seizoensomzet vanaf de derde week van maart 18 procent achter op het jaar ervoor. De categorie vrouwenmode liet 15 procent liggen en de mannenmode leverde 25 procent in ten opzicht van 2019. De kindermode deed het opvallend goed het eerste seizoen. Deze bleef op dezelfde omzet zitten als het jaar ervoor.
Wat kunnen we nu verwachten? De omzet blijft, logischerwijs, nog steeds achter – met uitzondering van de kindermodebranche die volgens Euretco af en toe nog aardige weekplussen laat zien. Omdat er minder en later uitgeleverd is, liggen de doorverkopen redelijk op niveau van vorig jaar. De schade van de terugvallende omzet wordt mede beperkt door de gespreide en lagere leveringen. Er is op dit moment in het verkoopseizoen een sterkere rentabiliteit. Het is belangrijk dit door te zetten voordat het grote uitverkoopseizoen van start gaat. Doordat de zelfstandige modewinkels anders geleverd krijgen, is de winkel ook dit seizoen hopelijk langer interessant voor de consument.
Vrouwen- en mannenmode leveren in, kindermode doet het opmerkelijk goed
Vanaf januari tot aan half oktober staat de totale modebranche op 16 procent lagere omzet. De vrouwenmode blijft 14 procent achter op vorig jaar en de mannenmode 19 procent. Opmerkelijk zijn de omzetten in de kindercategorie: deze maakt zelfs een plusje dit jaar. Eind maart waren de vooruitzichten zorgelijk, iedereen wist dat dit meer dan alleen een zomergriepje zou worden. De modebranche had hier, net als veel andere branches, flink onder te lijden. Het betekende helaas ook het einde voor verschillende spelers die niet op tijd konden schakelen en die gebonden waren aan de oude seizoenspatronen. Als we een positieve les uit deze periode kunnen trekken, is het dat de modewereld er bij is gebaat als er niet stug wordt vastgehouden aan de seizoenen. Dat is een fijn vooruitzicht voor de toekomst.
Geschreven door Marjolein Stormezand in samenwerking met Euretco
Deel artikel